Toen de fiets eind 19de eeuw zijn doorbraak kende, werden er overal in Vlaanderen veloclubs opgericht. Men fietste op zondag van dorp naar dorp. Er gebeurden ongelukken en er werden nieuwe wetten uitgevaardigd ter bevordering van de veiligheid. Zo moesten fietsers om het veilig te houden trompen -toeteren- aan de hoek van de straat. De veloclubs vonden er niets beter op dan een klaroenblazer voorop te laten rijden. Al snel werden dat er meerdere en zo'n zestig veloclubs hadden een eigen trompetterkorps dat op kop reed. Een uniek gegeven, sport en muziekbeoefening binnen dezelfde vereniging. Ze hielden hun samenkomsten in herbergen waarvan de herbergier en vaak ook de brouwer lid was van de veloclub. Ze speelden een belangrijke rol in het sociaal leven en ijverden voor betere wegen, de aanleg van fietspaden en de vermindering, en uiteindelijke afschaffing, van de velotaks.
Geert Vanmaeckelberghe is auteur van het boek "Fietsen en Trompen". In 2014 werd hij klaroenblazer bij de Fietsende Fanfare De Zwaluw uit Eernegem. Algauw begon hij een onderzoek naar het fenomeen van de fietsende muzikanten, wat resulteerde in een boek over deze vergeten geschiedenis.
Bib in het Park
Vanackerestraat 20
8560 Wevelgem