Na de bouw van het huidig kasteel besloot de bouwheer Jules Van Ackere om meteen ook zijn park te vergroten. De prieeltjes van het oude park werden behouden, maar de noordelijke tuinmuur tussen de twee prieeltjes en de westelijke tuinmuur werden gesloopt. Zo kwamen de prieeltjes in het midden van het huidige park te staan.
Het park en de herenwoning van de familie Van Ackere grensden van oudsher ten noorden aan de voetweg nr. 26 (de Merktweg) die liep van de Hoogstraat tot de Moorselestraat en ten westen aan de voetweg nr. 33 (Gendsland wegelken) die liep van de Nieuwstraat tot de huidige Vanackerestraat.
Om wat meer privacy te hebben, besloot Jules Aimé Constant Van Ackere in de periode 1886-1887 de noord-, de west- en de oostkant van zijn domein af te sluiten met een hoge stenen tuinmuur. Op de oostelijke en westelijke hoek van de noordelijke tuinmuur liet hij een prieeltje of tuinpaviljoentje bouwen.
Jules Aimé Constant Van Ackere had tegen 1890 alle gronden in de omgeving van zijn woning verworven en wilde ze allemaal samenvoegen tot één groot park. Om dit te kunnen realiseren moesten de twee voetwegen, die openbare buurtwegen waren, gesupprimeerd of verlegd worden. Niettegenstaande de protesten van enkele inwoners tegen deze ingrijpende verandering, kreeg burgemeester Van Ackere toch de provinciale toelating om beide voetwegen te verplaatsen naar de buitenkanten van zijn domein.
De westelijke voetweg bestaat nog gedeeltelijk, het laatste deel ervan is nu ingenomen door de gemeentelijke begraafplaats. De noordelijke voetweg liep tussen de nieuwe noordelijke tuinmuur en de spoorweg die toen maar één spoor telde. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd er een tweede spoor bijgelegd waardoor het deel vanaf de begraafplaats tot aan de Leopoldstraat over de spoorweg verlegd werd. Het gedeelte vanaf de Leopoldstraat tot aan de Roeselarestraat werd afgeschaft.
De noordelijke en westelijke oude tuinmuren werden gesloopt en beide prieeltjes kwamen nu midden het park te staan. Het ganse domein had nu een oppervlakte van 4,7 ha. Een aandachtige bezoeker van het park zal aan de basis van beide prieeltjes de resten van de afgekapte tuinmuren bemerken.